Vocabulaire in het Zweeds voor beginners en reizigers

Video met de meest voorkomende woorden in het Zweeds

Waarom en hoe leer je Zweedse woordenschat met audio?

Zweden wordt nu meer dan ooit gezien als een modelland voor het grote vraagstuk van de ecologie. Dit is de belangrijkste reden waarom meer mensen zich zouden moeten interesseren voor dit land en zijn Scandinavische cultuur.

Neem de tijd (Det är ingen brådska) om de noordelijke landschappen van het land te bezoeken, want ondanks de kou (fryser) zal het een bezoek waard zijn. Hoewel u waarschijnlijk niet kunt zwemmen in de zee (Hav) die het land omringt, kunt u zich nog steeds wagen aan de stranden (Stranden) om te genieten van de schoonheid van het land, vooral in de vroege avond (kvällen).

Ontdek de basis van de woordenschat in onze thematische dossiers zonder verder uitstel. Om verder te gaan in uw kennis van dit Scandinavische land, raden wij u aan om door deze paar romans, films, muziek en series te bladeren. Zo kunt u uw prestaties verstevigen!

Selectie van de inhoud om je onder te dompelen in de Zweedse cultuur

Romans :

Films:

Uitzendingen/series:

Muziek:

Hier is een selectie van 400 nuttige woorden en uitdrukkingen om u op weg te helpen

Deze woorden en uitdrukkingen zijn ingedeeld naar thema. Door op de knoppen Quiz of Cursussen te klikken, heb je gratis toegang tot de complete cursus Zweeds. Door op de knop printer te klikken, kun je alle uitdrukkingen van het thema afdrukken. Deze inhoud is gratis.
1 - Belangrijke uitdrukkingen
Nederlands Zweeds
🔊 Goedendag 🔊 Hej
🔊 Goedenavond 🔊 Hej
🔊 Tot ziens 🔊 Hejdå
🔊 Tot straks 🔊 Vi ses
🔊 Ja 🔊 Ja
🔊 Nee 🔊 Nej
🔊 Alstublieft 🔊 Skulle du kunna
🔊 Dank u 🔊 Tack!
🔊 Dank u wel 🔊 Tack så mycket!
🔊 Bedankt voor uw hulp 🔊 Tack för hjälpen
🔊 Graag gedaan 🔊 Varsågod
🔊 Okee 🔊 Okej
🔊 Hoeveel kost dat? 🔊 Hur mycket kostar det?
🔊 Pardon! 🔊 Förlåt!
🔊 Ik begrijp het niet 🔊 Jag förstår inte
🔊 Ik heb het begrepen 🔊 Jag förstår
🔊 Ik weet het niet 🔊 Jag vet inte
🔊 Verboden 🔊 Förbjudet
🔊 Waar zijn de toiletten, alstublieft? 🔊 Ursäkta mig, var finns det en toalett?
🔊 Gelukkig Nieuwjaar! 🔊 Gott Nytt År!
🔊 Gelukkige verjaardag! 🔊 Grattis på födelsedagen!
🔊 Prettige feesten! 🔊 Trevliga helgdagar
🔊 Gefeliciteerd! 🔊 Gratulerar!
2 - Gesprek
Nederlands Zweeds
🔊 Hallo. Hoe gaat het? 🔊 Hej. Hur mår du?
🔊 Hallo. Het gaat goed, dank je 🔊 Hej. Jag mår bra, tack
🔊 Spreek je Zweeds? 🔊 Talar du svenska?
🔊 Nee, ik spreek geen Zweeds 🔊 Nej, jag talar inte svenska
🔊 Slechts een klein beetje 🔊 Bara lite
🔊 Waar kom je vandaan? 🔊 Vilket land kommer du ifrån?
🔊 Wat is je nationaliteit? 🔊 Vilken nationalitet är du?
🔊 Ik ben Hollands 🔊 Jag är holländare
🔊 En jij, woon je hier? 🔊 Och du, bor du här?
🔊 Ja, ik woon hier 🔊 Ja, jag bor här
🔊 Ik heet Sarah, en jij? 🔊 Jag heter Sara. Vad heter du?
🔊 Julien 🔊 Julien
🔊 Wat doe je hier? 🔊 Vad gör du här?
🔊 Ik ben op vakantie 🔊 Jag är på semester
🔊 Wij zijn op vakantie 🔊 Vi är på semester
🔊 Ik ben op zakenreis 🔊 Jag är på affärsresa
🔊 Ik werk hier 🔊 Jag arbetar här
🔊 Wij werken hier 🔊 Vi arbetar här
🔊 Wat zijn de goeie plekjes om te eten? 🔊 Vad finns det för bra ställen att äta på?
🔊 Is er een museum in de buurt? 🔊 Finns det något museum i närheten?
🔊 Waar kan ik internetverbinding maken? 🔊 Var finns det internetanslutning?
3 - Leren
Nederlands Zweeds
🔊 Ik heb het begrepen 🔊 Jag förstår
🔊 Wil je enkele woorden leren? 🔊 Vill du lära dig några ord?
🔊 Okee! 🔊 Okej!
🔊 Hoe heet dat? 🔊 Vad heter det?
🔊 Dat is een tafel 🔊 Det är ett bord
🔊 Een tafel, begrijp je? 🔊 Ett bord. Förstår du?
🔊 Kan je dat alsjeblieft herhalen? 🔊 Kan du säga det en gång till?
🔊 Kan je een beetje trager praten, alsjeblieft? 🔊 Kan du tala lite långsammare?
🔊 Zou je dat kunnen opschrijven, alsjeblieft? 🔊 Skulle du kunna skriva det?
4 - Kleuren
Nederlands Zweeds
🔊 Ik vind de kleur van deze tafel mooi 🔊 Jag tycker om färgen på detta bord
🔊 Het is rood 🔊 Det är rött
🔊 Blauw 🔊 Blått
🔊 Geel 🔊 Gult
🔊 Wit 🔊 Vitt
🔊 Zwart 🔊 Svart
🔊 Groen 🔊 Grönt
🔊 Oranje 🔊 Orange
🔊 Paars 🔊 Lila
🔊 Grijs 🔊 Grått
5 - Getallen
Nederlands Zweeds
🔊 Nul 🔊 Noll
🔊 Een 🔊 Ett
🔊 Twee 🔊 Två
🔊 Drie 🔊 Tre
🔊 Vier 🔊 Fyra
🔊 Vijf 🔊 Fem
🔊 Zes 🔊 Sex
🔊 Zeven 🔊 Sju
🔊 Acht 🔊 Åtta
🔊 Negen 🔊 Nio
🔊 Tien 🔊 Tio
🔊 Elf 🔊 Elva
🔊 Twaalf 🔊 Tolv
🔊 Dertien 🔊 Tretton
🔊 Veertien 🔊 Fjorton
🔊 Vijftien 🔊 Femton
🔊 Zestien 🔊 Sexton
🔊 Zeventien 🔊 Sjutton
🔊 Achttien 🔊 Arton
🔊 Negentien 🔊 Nitton
🔊 Twintig 🔊 Tjugo
🔊 Eenentwintig 🔊 Tjugoett
🔊 Tweeëntwintig 🔊 Tjugotvå
🔊 Drieëntwintig 🔊 Tjugotre
🔊 Vierentwintig 🔊 Tjugofyra
🔊 Vijfentwintig 🔊 Tjugofem
🔊 Zesentwintig 🔊 Tjugosex
🔊 Zevenentwintig 🔊 Tjugosju
🔊 Achtentwintig 🔊 Tjugoåtta
🔊 Negenentwintig 🔊 Tjugonio
🔊 Dertig 🔊 Trettio
🔊 Eenendertig 🔊 Trettioett
🔊 Tweeëndertig 🔊 Trettiotvå
🔊 Drieëndertig 🔊 Trttiotre
🔊 Vierendertig 🔊 Trettiofyra
🔊 Vijfendertig 🔊 Trettiofem
🔊 Zesendertig 🔊 Trettiosex
🔊 Veertig 🔊 Fyrtio
🔊 Vijftig 🔊 Femtio
🔊 Zestig 🔊 Sextio
🔊 Zeventig 🔊 Sjuttio
🔊 Tachtig 🔊 Åttio
🔊 Negentig 🔊 Nittio
🔊 Honderd 🔊 Ett hundra
🔊 Honderd vijf 🔊 Ett hundrafem
🔊 Tweehonderd 🔊 Två hundra
🔊 Driehonderd 🔊 Tre hundra
🔊 Vierhonderd 🔊 Fyra hundra
🔊 Duizend 🔊 Ett tusen
🔊 Tweeduizend 🔊 Två tusen
🔊 Tienduizend 🔊 Tio tusen
6 - Tijdsaanduidingen
Nederlands Zweeds
🔊 Wanneer ben je aangekomen? 🔊 När kom du hit?
🔊 Vandaag 🔊 Idag
🔊 Gisteren 🔊 Igår
🔊 Twee dagen geleden 🔊 För två dagar sedan
🔊 Hoe lang blijf je? 🔊 Hur länge skall du stanna?
🔊 Ik vertrek morgen 🔊 Jag åker imorgon.
🔊 Ik vertrek overmorgen 🔊 Jag åker i övermorgon
🔊 Ik vertrek over drie dagen 🔊 Jag åker om tre dagar
🔊 Maandag 🔊 Måndag
🔊 Dinsdag 🔊 Tisdag
🔊 Woensdag 🔊 Onsdag
🔊 Donderdag 🔊 Torsdag
🔊 Vrijdag 🔊 Fredag
🔊 Zaterdag 🔊 Lördag
🔊 Zondag 🔊 Söndag
🔊 Januari 🔊 Januari
🔊 Februari 🔊 Februari
🔊 Maart 🔊 Mars
🔊 April 🔊 April
🔊 Mei 🔊 Maj
🔊 Juni 🔊 Juni
🔊 Juli 🔊 Juli
🔊 Augustus 🔊 Augusti
🔊 September 🔊 September
🔊 Oktober 🔊 Oktober
🔊 November 🔊 November
🔊 December 🔊 December
🔊 Hoe laat vertrek je? 🔊 Hur dags åker du?
🔊 Om acht uur 's ochtends 🔊 På morgonen, klockan åtta.
🔊 Om kwart over acht 's ochtends 🔊 På morgonen, klockan kvart över åtta
🔊 Om half negen 's ochtends 🔊 På morgonen, klockan halv nio
🔊 Om kwart voor negen 's ochtends 🔊 På morgonen, klockan kvart i nio
🔊 Om zes uur 's avonds 🔊 På kvällen, klockan sex
🔊 Ik ben laat 🔊 Jag är sen
7 - Taxi
Nederlands Zweeds
🔊 Taxi! 🔊 Taxi!
🔊 Waar wilt u naartoe? 🔊 Vart vill du åka?
🔊 Ik ga naar het station 🔊 Jag skall till järnvägsstationen
🔊 Ik ga naar het hotel Dag en Nacht 🔊 Jag skall till Hotell Dag och Natt
🔊 Kunt u me naar de luchthaven brengen? 🔊 Skulle ni kunna köra mig till flygplatsen?
🔊 Kunt u mijn bagage nemen? 🔊 Kan ni ta mina väskor?
🔊 Is het ver van hier? 🔊 Är det långt härifrån?
🔊 Nee, het is vlakbij 🔊 Nej, den ligger här intill
🔊 Ja, het is iets verder weg 🔊 Den ligger lite längre bort
🔊 Hoeveel zal het kosten? 🔊 Hur mycket kommer det att kosta?
🔊 Breng me hiernaartoe, alstublieft 🔊 Kör mig dit, tack.
🔊 Het is rechts 🔊 Den ligger till höger
🔊 Het is links 🔊 Den ligger till vänster
🔊 Het is rechtdoor 🔊 Den ligger rakt fram
🔊 Het is hier 🔊 Den ligger här
🔊 Het is die kant uit 🔊 Det är därborta
🔊 Stop! 🔊 Stopp!
🔊 Neem uw tijd 🔊 Det är ingen brådska
🔊 Mag ik een ontvangstbewijs, alstublieft? 🔊 Skulle jag kunna få ett kvitto?
8 - Familie
Nederlands Zweeds
🔊 Heb je familie hier? 🔊 Har du familj här?
🔊 Mijn vader 🔊 Min pappa
🔊 Mijn moeder 🔊 Min mamma
🔊 Mijn zoon 🔊 Min son
🔊 Mijn dochter 🔊 Min dotter
🔊 Een broer 🔊 En bror
🔊 Een zus 🔊 En syster
🔊 Een vriend 🔊 En vän
🔊 Een vriendin 🔊 En väninna
🔊 Mijn vriend 🔊 Min pojkvän
🔊 Mijn vriendin 🔊 Min flickvän
🔊 Mijn man 🔊 Min man
🔊 Mijn vrouw 🔊 Min fru
9 - Gevoelens
Nederlands Zweeds
🔊 Ik hou erg van jouw land 🔊 Jag tycker mycket om ditt land
🔊 Ik hou van je 🔊 Jag älskar dig
🔊 Ik ben blij 🔊 Jag är lycklig
🔊 Ik ben verdrietig 🔊 Jag är ledsen
🔊 Ik voel me goed hier 🔊 Jag mår bra här
🔊 Ik heb het koud 🔊 Jag fryser
🔊 Ik heb het warm 🔊 Jag är varm
🔊 Het is te groot 🔊 Det är för stort
🔊 Het is te klein 🔊 Det är för litet
🔊 Het is perfect 🔊 Det är perfekt
🔊 Wil je vanavond uit? 🔊 Vill du gå ut ikväll?
🔊 Ik zou graag uitgaan vanavond 🔊 Jag skulle vilja gå ut ikväll
🔊 Dat is een goed idee 🔊 Det är en bra idé
🔊 Ik wil me amuseren 🔊 Jag vill ha kul
🔊 Dat is geen goed idee 🔊 Det är inte en bra idé
🔊 Ik heb geen zin om uit te gaan vanavond 🔊 Jag har ingen lust att gå ut ikväll
🔊 Ik wil rusten 🔊 Jag vill vila
🔊 Wil je sporten? 🔊 Vill du motionera?
🔊 Ik heb ontspanning nodig 🔊 Ja, jag behöver släppa loss!
🔊 Ik speel tennis 🔊 Jag spelar tennis
🔊 Nee bedankt, ik ben erg moe 🔊 Nej tack, jag är ganska trött
10 - Bar
Nederlands Zweeds
🔊 De bar 🔊 Baren
🔊 Wil je iets drinken? 🔊 Vill du ha något att dricka?
🔊 Drinken 🔊 Dricka
🔊 Glas 🔊 Glas
🔊 Ja, graag 🔊 Gärna
🔊 Wat wil je? 🔊 Vad vill du ha?
🔊 Waar kan ik uit kiezen? 🔊 Vad finns det att dricka ?
🔊 Er is water of vruchtensap 🔊 Det finns vatten och juice
🔊 Water 🔊 Vatten
🔊 Kunt u er ijsblokjes bij doen? 🔊 Skulle jag kunna få några isbitar?
🔊 Ijsblokjes 🔊 Isbitar
🔊 Chocolademelk 🔊 Choklad
🔊 Melk 🔊 Mjölk
🔊 Thee 🔊 Te
🔊 Koffie 🔊 Kaffe
🔊 Met suiker 🔊 Med socker
🔊 Met melk 🔊 Med grädde
🔊 Wijn 🔊 Vin
🔊 Bier 🔊 Öl
🔊 Een thee, graag 🔊 En kopp te, tack
🔊 Een biertje, graag 🔊 En öl, tack
🔊 Wat wilt u drinken? 🔊 Vad vill ni dricka?
🔊 Twee thee's, graag 🔊 Två koppar te, tack
🔊 Twee biertjes, graag 🔊 Två öl, tack
🔊 Niets, dank u 🔊 Inget, tack
🔊 Proost 🔊 Skål!
🔊 Santé! 🔊 Skål!
🔊 De rekening, alstublieft! 🔊 Skulle jag kunna få notan?
🔊 Hoeveel kost dat ? 🔊 Hur mycket är jag skyldig?
🔊 Twintig euro 🔊 Tjugo euros
🔊 Ik trakteer je 🔊 Jag bjuder
11 - Restaurant
Nederlands Zweeds
🔊 Het restaurant 🔊 Restaurangen
🔊 Wil je iets eten? 🔊 Vill du äta något?
🔊 Ja, graag 🔊 Ja, det vill jag gärna.
🔊 Eten 🔊 Äta
🔊 Waar kunnen we eten? 🔊 Var kan vi äta?
🔊 Waar kunnen we lunchen? 🔊 Var kan vi äta lunch?
🔊 Het avondmaal 🔊 Middag
🔊 Het ontbijt 🔊 Frukost
🔊 Excuseer! 🔊 Ursäkta!
🔊 De menukaart, alstublieft! 🔊 Menyn, tack!
🔊 Hier is de menukaart! 🔊 Här är menyn.
🔊 Eet je liever vlees of vis? 🔊 Vad föredrar du att äta? Kött eller fisk?
🔊 Met rijst 🔊 Med ris
🔊 Met pasta 🔊 Med pasta
🔊 Aardappels 🔊 Potatis
🔊 Groenten 🔊 Grönsaker
🔊 Roerei - spiegelei - zachtgekookt eitje 🔊 Äggröra - stekt ägg - kokt ägg
🔊 Brood 🔊 Bröd
🔊 Boter 🔊 Smör
🔊 Een salade 🔊 Sallad
🔊 Een toetje 🔊 Efterrätt
🔊 Fruit 🔊 Frukt
🔊 Hebt u een mes, alstublieft? 🔊 Skulle jag kunna få be om en kniv?
🔊 Ja, ik breng er u onmiddellijk een 🔊 Ja, jag kommer med en meddetsamma
🔊 Een mes 🔊 En kniv
🔊 Een vork 🔊 En gaffel
🔊 Een lepel 🔊 En sked, en matsked, en dessertsked, en tesked
🔊 Is dit een warme schotel? 🔊 Är det en varm rätt?
🔊 Ja, en erg pikant ook! 🔊 Ja, och väldigt stark också!
🔊 Warm 🔊 Varm
🔊 Koud 🔊 Kall
🔊 Pikant 🔊 Stark
🔊 Ik neem vis! 🔊 Jag skall ha fisk!
🔊 Ik ook 🔊 Jag också
12 - Afscheid nemen
Nederlands Zweeds
🔊 Het is laat! Ik moet nu weggaan! 🔊 Vad sent det är! Jag måste gå!
🔊 Kunnen we elkaar weerzien? 🔊 Skulle vi kunna ses igen?
🔊 Ja, leuk! 🔊 Ja, gärna
🔊 Ik woon op dit adres 🔊 Jag bor pa denna adress
🔊 Heb je een telefoonnummer? 🔊 Skulle jag kunna få ditt telefonnummer?
🔊 Ja, dit is het 🔊 Ja, här får du
🔊 Ik vond het gezellig 🔊 Det var trevligt att träffas
🔊 Ik ook, ik vond het leuk om kennis met je te maken 🔊 Det tycker jag ocksa, det var trevligt att lära känna dig
🔊 We zien elkaar snel weer 🔊 Vi ses snart.
🔊 Ik hoop het ook 🔊 Det hoppas jag också
🔊 Tot ziens! 🔊 Hejdå
🔊 Tot morgen 🔊 Vi ses imorgon
🔊 Dag! 🔊 Hejdå
13 - Vervoer
Nederlands Zweeds
🔊 Dank u 🔊 Tack!
🔊 Pardon, ik zoek de bushalte 🔊 Ursäkta mig, jag letar efter busshållplatsen
🔊 Hoeveel kost een ticket naar Zonstad? 🔊 Vad kostar en biljett till Solstaden?
🔊 Waar gaat deze trein naartoe, alstublieft? 🔊 Vart går detta tåg?
🔊 Stopt deze trein in Zonstad? 🔊 Stannar detta tåg i Solstaden?
🔊 Wanneer vertrekt de trein naar Zonstad? 🔊 När avgår tåget till Solstaden?
🔊 Wanneer komt de trein aan in Zonstad? 🔊 När anländer tåget som går till Solstaden?
🔊 Een kaartje voor Zonstad, alstublieft 🔊 Skulle jag kunna få en biljett till Solstaden?
🔊 Hebt u de dienstregeling van de trein? 🔊 Har ni tågtidtabellen?
🔊 De dienstregeling van de bus 🔊 Busstidtabellen
🔊 Pardon, welke trein gaat naar Zonstad? 🔊 Ursäkta, vilket tåg går till Solstaden?
🔊 Die trein 🔊 Det är det där
🔊 Graag gedaan. Goede reis! 🔊 Varsågod! Trevlig resa!
🔊 De (repareer)garage 🔊 Verkstaden
🔊 Het benzinestation 🔊 Bensinmacken
🔊 Voltanken, alstublieft 🔊 Skulle jag kunna få tanken full, tack.
🔊 Fiets 🔊 Cykel
🔊 Het stadscentrum 🔊 Centrum
🔊 De voorstad 🔊 Förorten
🔊 Het is een stad 🔊 Det är en stor stad
🔊 Het is een dorp 🔊 Det är en by
🔊 Een berg 🔊 Ett berg
🔊 Een meer 🔊 En sjö
🔊 Het platteland 🔊 Landet
14 - Hotel
Nederlands Zweeds
🔊 Het hotel 🔊 Hotellet
🔊 Appartement 🔊 Lägenhet
🔊 Welkom! 🔊 Välkommen!
🔊 Hebt u een kamer vrij? 🔊 Har ni ett ledigt rum?
🔊 Is er een badkamer in de kamer? 🔊 Har rummet badrum?
🔊 Verkiest u twee eenpersoonsbedden? 🔊 Föredrar ni två enkelsängar?
🔊 Wenst u een kamer met een dubbel bed? 🔊 Vill ni ha ett dubbelrum?
🔊 Kamer met bad - met balkon - met douche 🔊 Rum med badkar - med balkong - med dusch
🔊 Kamer met ontbijt 🔊 Frukost ingår i rummet
🔊 Wat is de prijs voor één nacht? 🔊 Vad kostar en natt?
🔊 Ik zou graag eerst de kamer zien 🔊 Jag skulle vilja se rummet först, tack!
🔊 Ja, natuurlijk 🔊 Visst!
🔊 Dank u, de kamer is erg mooi 🔊 Tack, rummet är jättefint.
🔊 Okee, kan ik reserveren voor deze nacht? 🔊 OK, kan jag boka för inatt då?
🔊 Het is wat te duur voor mij, bedankt 🔊 Det är lite för dyrt för mig, tack.
🔊 Kunt u voor mijn bagage zorgen, alstublieft? 🔊 Skulle ni kunna ta hand om mina väskor?
🔊 Waar is mijn kamer, alstublieft? 🔊 Var är rummet?
🔊 Het is op de eerste verdieping 🔊 Det ligger på första våningen
🔊 Is er een lift? 🔊 Finns det hiss?
🔊 De lift is aan uw linkerkant 🔊 Hissen är på vänster sida
🔊 De lift is aan uw rechterkant 🔊 Hissen är på höger sida
🔊 Waar is de wasserij, alstublieft? 🔊 Var finns tvättstugan?
🔊 Het is op de gelijkvloerse verdieping 🔊 Den ligger på bottenvåningen
🔊 De begane grond 🔊 Bottenvåningen
🔊 Kamer 🔊 Rum
🔊 Droogkuis 🔊 Kemtvätt
🔊 Kapsalon 🔊 Frisörsalong
🔊 Autoparking 🔊 Parkering
🔊 We zien elkaar in de vergaderzaal? 🔊 Skall vi ses i mötesrummet?
🔊 De vergaderzaal 🔊 Mötesrummet
🔊 Het zwembad is verwarmd 🔊 Bassängen är uppvärmd
🔊 Het zwembad 🔊 Badbassäng - swimming pool
🔊 Maak me wakker om 7 uur, alstublieft 🔊 Skulle ni kunna väcka mig klockan sju, tack?
🔊 De sleutel, alstublieft 🔊 Skulle jag kunna få nyckeln, tack?
🔊 De pas, alstublieft 🔊 Skulle jag kunna få nyckelkortet, tack?
🔊 Zijn er berichten voor mij? 🔊 Finns det några meddelanden till mig?
🔊 Ja, alstublieft 🔊 Ja, varsågod.
🔊 Nee, we hebben niets voor u ontvangen 🔊 Nej, det har inte kommit något till er.
🔊 Waar kan ik wisselgeld krijgen? 🔊 Var kan jag växla?
🔊 Kunt u mij wisselgeld geven? 🔊 Skulle ni kunna växla?
🔊 Dat kunnen wij. Hoeveel had u gewenst? 🔊 Ja, det kan vi. Hur mycket vill ni växla?
15 - Een persoon zoeken
Nederlands Zweeds
🔊 Is Sarah hier, alstublieft? 🔊 Är Sara här?
🔊 Ja, ze is hier 🔊 Ja, hon är här
🔊 Ze is weg 🔊 Hon gick ut
🔊 U kunt haar bellen op haar mobiel 🔊 Ni kan ringa henne på hennes mobil
🔊 Weet u waar ik haar kan vinden? 🔊 Vet ni var jag skulle kunna få tag på henne?
🔊 Ze is op haar werk 🔊 Hon är på jobbet
🔊 Ze is thuis 🔊 Hon är hemma
🔊 Is Julien hier, alstublieft? 🔊 Är Julien här?
🔊 Ja, hij is hier 🔊 Ja, han är här
🔊 Hij is weg 🔊 Han gick ut
🔊 Weet u waar ik hem kan vinden? 🔊 Vet ni var jag skulle kunna få tag på honom?
🔊 U kunt hem bellen op zijn mobiel 🔊 Ni kan ringa honom på hans mobil
🔊 Hij is op zijn werk 🔊 Han är på jobbet
🔊 Hij is thuis 🔊 Han är hemma
16 - Strand
Nederlands Zweeds
🔊 Het strand 🔊 Stranden
🔊 Weet u waar ik een bal kan kopen? 🔊 Vet ni var jag kan köpa en boll?
🔊 Er is een winkel in die richting 🔊 Det finns en affär åt det hållet.
🔊 Een bal 🔊 En boll
🔊 Een verrekijker 🔊 Kikare
🔊 Een pet 🔊 En keps
🔊 Een handdoek 🔊 Handduk
🔊 Sandalen 🔊 Sandaler
🔊 Een emmer 🔊 Spann
🔊 Zonnecrème 🔊 Solkräm
🔊 Zwembroek 🔊 Badbyxor
🔊 Zonnebril 🔊 Solglasögon
🔊 Schaaldieren 🔊 Skaldjur
🔊 Zonnebaden 🔊 Sola sig
🔊 Zonnig 🔊 Soligt
🔊 Zonsondergang 🔊 Solnedgång
🔊 Parasol 🔊 Parasoll
🔊 Zon 🔊 Sol
🔊 Schaduw 🔊 Skugga
🔊 Zonneslag 🔊 Solsting
🔊 Is het gevaarlijk om hier te zwemmen? 🔊 Är det farligt att simma här?
🔊 Nee, het is niet gevaarlijk 🔊 Nej, det är inte farligt
🔊 Ja, het is verboden om hier te zwemmen 🔊 Ja, det ar förbjudet att bada här
🔊 Zwemmen 🔊 Simma
🔊 Zwemmen 🔊 Simning
🔊 Golf 🔊 Våg
🔊 Zee 🔊 Hav
🔊 Duin 🔊 Sanddyna
🔊 Zand 🔊 Sand
🔊 Welk weer voorspellen ze voor morgen? 🔊 Hurdant skall vädret bli imorgon?
🔊 Het weer gaat veranderen 🔊 Vädret kommer att förändras
🔊 Het gaat regenen 🔊 Det skall regna
🔊 Het wordt zonnig 🔊 Det skall vara soligt
🔊 Het wordt erg winderig 🔊 Det skall vara mycket blåsigt
🔊 Zwempak 🔊 Baddräkt
17 - In geval van problemen
Nederlands Zweeds
🔊 Kunt u me helpen, alstublieft? 🔊 Skulle ni kunna hjälpa mig?
🔊 Ik ben de weg kwijt 🔊 Jag är vilse
🔊 Wat wenst u? 🔊 Vad vill ni ha?
🔊 Wat is er gebeurd? 🔊 Vad hände?
🔊 Waar kan ik een tolk vinden? 🔊 Var kan jag hitta en tolk?
🔊 Waar is de dichtstbijzijnde apotheek? 🔊 Var finns närmsta apotek?
🔊 Kunt u een dokter bellen, alstublieft? 🔊 Skulle ni kunna ringa efter en läkare, tack?
🔊 Welke behandeling krijgt u op dit moment? 🔊 Vilken slags behandling går ni på för tillället?
🔊 Een ziekenhuis 🔊 Ett sjukhus
🔊 Een apotheek 🔊 Ett apotek
🔊 Een dokter 🔊 En läkare
🔊 Medische dienst 🔊 Vårdcentral
🔊 Ik ben mijn papieren kwijt 🔊 Jag har tappat bort mina identitets-handlingar.
🔊 Mijn papieren zijn gestolen 🔊 Mina identitets-handlingar har blivit stulna.
🔊 Bureau voor gevonden voorwerpen 🔊 Hittegodsavdelning.
🔊 Hulppost 🔊 Första hjälpen
🔊 Nooduitgang 🔊 Nödutgång
🔊 De Politie 🔊 Polisen
🔊 Identiteitsbewijs 🔊 Handlingar
🔊 Geld 🔊 Pengar
🔊 Paspoort 🔊 Pass
🔊 Bagage 🔊 Bagage
🔊 Nee dank u, ik heb geen interesse 🔊 Nej tack, det är bra
🔊 Laat me met rust! 🔊 Låt mig vara ifred!
🔊 Ga weg! 🔊 Försvinn!

Onze methode

Download mp3 en pdf